Het Nederlandse chanson is zijn opmars
begonnen. Lange tijd werd beweerd dat onze taal niet geschikt was
voor het schrijven van goede songteksten, zangers en zangeressen
klaagden dat zij altijd maar vertalingen van succesvolle buitenlandse
liedjes moesten zingen.
Maar daar is nu duidelijk verandering
in gekomen en artiesten als Ramses Shaffy, Boudewijn de Groot,
Martine Bijl, Liesbeth List en Conny van den Bos bewijzen op dit
ogenblik dat ook liedjes met een oorspronkelijke Nederlandse tekst
een grote kans op succes hebben -
en tevens kwaliteiten kunnen bezitten.
Een schrijver van de betere Nederlandse
songtekst is de jonge Haarlemmer Lennaert Nijgh, die drie jaar geleden
zijn carrière als liedjesschrijver begon met het maken van
teksten voor Boudewijn de Groot.
Vrijwel alle liedjes die door Boudewijn
de Groot worden gezongen werden geschreven door Lennaert Nijgh en
velen zien hen reeds als een onafscheidelijk duo.
Zelf zei bij gisteren: "Dat we nu
uitsluitend een duo vormen is niet helemaal waar. Ik wil me dan
ook meer gaan toeleggen op het schrijven van teksten voor andere
artiesten. Ik heb nu teksten geschreven voor Liesbeth List, Elly
Nieman, Conny van den Bos. 'Voor Martine Bijl heb ik er een paar
klaar liggen, waarvan ik hoop dat zij ze wil zingen."
Lennaert Nijgh is het geestelijke
brein van tal van hits, zoals
"Een meisje van zestien jaar",
"Welterusten mijnheer de president"
en ook van "Land van Maas en Waal",
dat op dit ogenblik het succes van Boudewijn de Groot aan het
worden is.
Over deze tekst zegt hij: "Het
publiek blijkt het mooi te vinden. Ik krijg tal van reacties.
Overal hoor je het zingen.. Maar ik geloof, dat er weinig
mensen zijn die de tekst begrijpen. Ik heb het in een roes
geschreven. Het liedje roept de sfeer op van Jeroen Bosch. Een
fantasie van een soort paradijs. Het geeft beelden weer van het
schilderij van Jeroen Bosch. Maar ik heb er ook verscheidene
andere dingen in verwerkt, zoals een gedeelte uit het Wilhelmus.
En dat land van Maas en Waal, dat
ergens in de Betuwe ligt, heeft er helemaal niets mee te maken.
Maar Boudewijn vond dat zo mooi klinken; daarom heb ik het erin
verwerkt."
Is ons land rijp voor het
Nederlandse chanson?
Lennaert Nijgh: Ja. Er moesten
alleen nog meer mensen komen die goede Nederlandse chansons
kunnen schrijven. Er zijn er niet zoveel. Ramses is er een van.
Men noemt hem vaak cabaret, maar zijn liedjes zijn veel meer
een chanson. Hij schrijft veel goede teksten, maar hij heeft
het zo druk dat hij vrijwel geen tijd vindt voor andere mensen
wat te maken.
En Hans Andreus schrijft ze ook
wel eens. Het is eigenlijk begonnen met de liedjes van Jaap
Fischer."
Lennaert Nijgh is een grote
voorstander van het zingen van Nederlandse chansons en niet
alleen omdat hij ze zelf schrijft. Hij zegt: "De groep mensen
die volledig het Franse chanson begrijpen is relatief klein.
Toch is het belangrijk dat men ze verstaat, want daar gaat
het bij een chanson om. Het zijn luisterliedjes."
Schrijft hij zijn teksten
makkelijk?
Hij antwoordt: "De tijd die zij
bij mij nodig hebben om tot stand te komen, ligt tussen de
twee weken en een kwartier. Men zegt wel eens: Er moet eerst
wat in, voordat er wat uitkomt. Dat klopt ook wel. Maar ik
bedoel dat anders. Ik gebruik nooit middelen zoals LSD of TRI.
Ik weet niet wat de reacties zijn bij dat gebruik. Ik doe het
ook niet, omdat het bijzonder schadelijk is."
Een groot deel van zijn teksten
is gebaseerd op werkelijke gebeurtenissen. Lennaert Nijgh:
"De teksten van Boudewijn's LP
"Voor de overlevenden" heb
ik geschreven nadat ik een nogal nare tijd achter de rug had.
Dat kun je ook wel goed merken als
je goed luistert. Je schrijft teksten in een sfeer van
zelfvernietiging. Het is schrijven over je eigen ellende.
Aan de teksten van
"Voor de overlevenden" heb ik
een half jaar gewerkt. Er zat een bepaalde lijn in de liedjes. Op
de plaat is dat helemaal door elkaar gegooid.
Zo'n platenmaatschappij vindt dat
een lekker liedje aan het begin moet staan."
|
|