Type: Knipselmap

Zet een kaars voor je raam

KNIPSELS:
[Top 40: Zet een kaars voor je raam vannacht]  1976, april 3 (datum van binnenkomst)
Zilver [boek]  1987
[Rob:] Populariteitsverkiezingen moeten met een flinke korrel zout worden genomen. En toch is een positieve uitslag altijd aardig, het zou onzin zijn dat te ontkennen. In 1975 publiceerde Ogilvy Marktonderzoek de resultaten van een enquéte naar de populairste zanger van Nederland. Nummer één werd Ben Cramer, nummer twee Rob de Nijs en nummer drie Boudewijn de Groot. Ik had Boudewijn met vijf procent verslagen! Op nummer vier stond een nieuwe naam, die van Robert Long. In 1976 kwam het NIPO met een soortgelijk onderzoek. Nu was ik nummer één.
Twee grote hits hadden daar behoorlijk aan meegewerkt. Eerst, begin '75, het meeslepende Malle Babbe van Boudewijn en Lennaert. Ruim een jaar later, in het voorjaar van '76, kwam Zet een kaars voor je raam. Een coproduktie van Boudewijn de Groot en Will Hoebee, een nieuwe man die door Phonogram was ingeschakeld omdat Boudewijn had besloten weer te gaan zingen. Ik vind het flauw om me nu van Zet een kaars voor je raam te distantiëren, daarvoor heeft het nummer me teveel succes opgeleverd. Maar ik heb het altijd op het randje gevonden. Het heeft me een zemelzoet image opgeleverd, dat ik in de ogen van sommige mensen nog steeds niet kwijt ben.
De tekst was van Lennaert, een voortreffelijke vertaling van Can I get there by candlelight, de enige hit die David McWilliams ooit heeft gemaakt. Het idee was van Hoebee, de eerste kans die hij kreeg als nieuwbakken producer. Commercieel was het een gouden vondst. En afgezien daarvan: het heeft voor heel veel mensen veel betekend. Ik herinner me dat Paul Haenen me met tranen in zijn ogen vertelde, dat dit het mooiste nummer was uit mijn hele repertoire. We moeten er dus niet verder over zeuren. Hoebee produceerde ook de volgende elpee, Tussen zomer en winter, de eerste sinds de samenwerking met Lennaert en Boudewijn. We zijn op een heel ontspannen manier uit elkaar gegaan, het werd voor iedereen tijd iets anders te doen. Voor mezelf was die elpee het bewijs dat ik nu op eigen benen kon staan, dat ik het ook zonder het gouden duo kon.
Hoe Jan Klaassen Rob de Nijs weer de weg naar showland wees  1998, augustus
Rob de Nijs bleef. Malle Babbe kwam langs, hield de kaars voor het raam brandende en spong moeiteloos over van imago naar imago. Van ruig naar romantisch, van romantisch naar rock. Van bril naar krullen, van krullen naar ruig. "Er verschijnt pas weer een elpee van Rob de Nijs zodra die een nieuw kapsel voor de hoesfoto heeft bedacht," schreven Koot en Bie op hun bescheurkalender.
Lennaert Nijgh geniet van hommage  2000, april 3 - (maandag)
Maar misschien wel de meeste lol heeft de intellectueel Nijgh gehad met amusementsman Rob de Nijs. In de jaren zeventig was de carrière van de voormalige tienerheld in een behoorlijke dip terechtgekomen. Zijn platenmaatschappij Phonogram had hem al laten vallen, toen Lennaert Nijgh zich met hem ging bemoeien. Zeker toen Boudewijn de Groot na een van zijn onderduiksessies op de hei in Drenthe weer boven water was gekomen, kon met nummers als Jan Klaassen de Trompetter en Malle Babbe aan de revival van de zanger worden gewerkt. De Nijs is Nijgh nog immer dankbaar. Van de verzekeringsmaatschappijen kwamen minder enthousiaste reacties. Door de hit Zet een kaars voor je raam vannacht (1976) zijn heel wat gordijnen in tienerkamers in de fik gevlogen.
Ik doe wat ik doe  2000, september
Ik doe wat ik doe bevat overigens niet Nijghs complete productie. Zo ontbreekt een van zijn bekendste creaties, het destijds door Rob de Nijs de hitparade in gezongen 'Zet een kaars voor je raam vannacht'. En wel hierom: 'Brandende kaarsen voor ramen zijn niet toegestaan. Dit mede namens het verzekeringswezen," zoals de schrijver aan Van der Veer meedeelde.
Samensteller van knipselmap en knipsels: Daniël




Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09
email