De Nieuwe Slof in Beverwijk is een van die provincietheatertjes
waar het er gemoedelijk aan toe gaat. Niet zoals in de stad, waar
het hautaine volk alleen de deur uit gaat voor de nieuwste trends.
De dorpelingen uit omliggende plaatsjes als Heemstede,
Santpoort, Driehuis en Bloemendaal zijn nog oprecht
geïnteresseerd in sterren uit het grijze verleden, oude
glorie en de mindere goden van de popmuziek. Zij hebben, in
tegenstelling tot de stedelingen, nog ontzag voor de cultuur.
Zij zijn trouw aan oeuvres en volgen hun helden op de voet.
Vanavond zijn ze en masse
speciaal gekomen voor die bekende zanger van weleer, de vertolker van
beroemd geworden liedjes als Testament,
Jimmy, Het land van Maas en Waal of
Prikkebeen. Voor die in Heemstede
opgegroeide jongen met zijn gitaar, die ruim dertig jaar geleden
voor het eerst de hoofden op hol bracht, in dit soort theaters
in de provincie, en die nu weer hier staat, voor het
thuispubliek.
Boudewijn de Groot, voormalig tieneridool, protestzanger en
lentekind van de Nederlandstalige popmuziek, is terug van
weggeweest. Na lange tijd maakte hij weer een CD,
Een nieuwe herfst. Met
zijn nieuwe zeskoppige formatie, onder wie de ex-Doe Maar-leden
Ernst Jansz en Jan Hendriks.
Na dertien jaar afwezigheid staat hij deze maand weer op
Nederlandse en Vlaamse podia - gerijpt, volwassen en vooral
zeker van zijn zaak. Het zijn nog maar de try-outs voor zijn
On Tour-programma waarmee
hij straks de rest van het land zal bestormen, uiteraard met nieuwe
liedjes van Lennaert Nijgh. [...]
Glorieuze tijden herleven
vanavond in de Nieuwe Slof. Bij
de toegiften gaat het publiek alvast staan. Boudewijn de Groot komt
op, alleen met zijn gitaar. De mensen joelen en haken in, klappen
mee op het ritme van de muziek. Hits van een ver verleden klinken
door het theater. Boudewijn de Groot is terug.
En Lennaert Nijgh? Boudewijns hofdichter, is die ook in
Beverwijk? "Die zit geloof ik in de zaal," zegt de Groot
halverwege zijn optreden. "Lennaert, waar zit je?" vraagt de grijs
geworden zanger. Het overwegend grijze publiek applaudisseert
driftig, maar een zekere Nijgh is niet te bespeuren. Voor het
Slofpubliek geen reden om er niet een lekker doordeweeks avondje
uit van te maken; het blijft ook na de voorstelling in het theater
voor de bitterballen en het bier.
Terwijl een schare fans zich voor een handtekening rond
Boudewijn verdringt, ontwaren we Lennaert, die toch ergens in
de zaal heeft gezeten - klein, iel, ingevallen bekkie. Zijn
kunstgebit, vervelend gevolg van de oorlogswinter'44/'45, valt
van ellende uit elkaar. Moet dringend iets aan gedaan worden,
vindt ook hij. Later, in de auto op weg naar zijn woonplaats
Haarlem, merkt hij binnensmonds op: "Het schijnt dat ze nog
voor me geklapt hebben. Was ik godverdomme net even pissen!"
Boudewijn de Groot.
Een nieuwe herfst.
Van 19 februari tot en met
30 mei door het hele
land.