- Type: Knipselmap
KNIPSELS:
- "Eigenlijk bestaat er geen werkelijkheid voor mij"
1991, januari 26
- Wat in mijn verbeelding is
zal in werkelijkheid bestaan
en wat in werkelijkheid niet is
als verbeelding verder gaan.
- (Uit: Sneeuw)
- [Lennaert:] "Het is geen raadsel dat mijn latere teksten
niet onderdoen voor de bekendere, vroegere stukken. Los, zonder
muziek, zijn teksten eigenlijk bouwtekeningen. Die moeten worden
uitgevoerd, als eenheid kloppend worden gemaakt. Maar wie moest ze
uitvoeren? Wie moest die muziek maken op dat moment dat Bo (de
troetelnaam van Boudewijn de Groot - red.) in een van zijn
in-de-ware-staten was? Bo had altijd iets van heen-en-weer in zijn
leven, ook ten opzichte van mij. Dan bleef een tekst een bouwtekening."
- "Sneeuw is een prachttekst. Ik heb mensen gekend en die hadden
wat met die sneeuw-passage in Het Largo van Händel. Weer een
ander ging altijd wenen als het sneeuwde. Deze mensen hebben binnen
hun relatie een bijzondere band met zo'n stuk van Händel en staan
dan open voor het mystieke van sneeuw. In 1986 viel bijvoorbeeld van
het ene op het andere moment en was het op slag kerst. Ik kon me als
een van de weinigen in de stad voortbewegen. Op mijn brommer met
zulke laarzen, het leek net een sneeuwscooter. Auto's zaten overal
in en tegen elkaar. Het was een feeërieke wereld geworden.
Zo raar."
- "Sneeuw ruikt ook. Je ruikt verse sneeuw. Heel gek. Als sneeuw
wat ouder wordt, dan is het allemaal niet meer interessant, maar
als het net gesneeuwd heeft... met niets te vergelijken."
- "Wat in werkelijkheid niet is, zal als verbeelding verder gaan.
Dat is het doorbreken van de eenvoudigste natuurwet. To be or not to
be. Eroverheen gaan, het transcendentale is heel algemeen voor alle
vormen van kunst. Je niet meer laten beperken door de werkelijkheid
van alledag, je niet meer laten inperken door het tweemaal twee is
vier. In deze tekst ga ik nog verder. Maak ik er eigenlijk een soort
Escher van, een Ring van Moebius. Eigenlijk bestaat er geen
werkelijkheid voor mij. Dat is bij de meeste denkers zo, maar daar
staan de mensen niet zo bij stil. Kijk, niet-bestaat is ook een
werkwoord. Dus niet-bestaan, dat kan al niet."
- "Als je van een almacht uitgaat, dan zal het aan die almacht
mogelijk zijn om tegelijkertijd te bestaan en niet te bestaan.
Het bestaan is een platvloerse bezigheid, een tijdelijke staat."
- "Ik volg altijd de sterrenkundigen op de voet. Naarmate ze
meer apparatuur krijgen en verder in het heelal kunnen gluren,
gaan ze tobben met de schepping. Ze komen hoe langer hoe verder
van huis. Iedere ontdekking schept voornamelijk verbijstering.
In de tijd van good old Ptolemaeus en Dante, ach, ach... bij hen
klopte het allemaal wel. De Goddelijke Komedie. Volgens de
sterrenkunde van die oude wetenschappers was elke ontdekking
tenminste een bewijs dat ze het goed hadden gezien. Onze huidige
wetenschappers tobben alleen maar."
- "Mensen met een klein bêta-verstand, dat is armoedig.
Ingenieurs. Nou is het al geen universitaire graad, maar in de
ogen van een heleboel alpha's zijn mensen uit Delft (de Technische
Hogeschool - red.) een soortement die plat zijn van boven. Bij
Shell is een dokter in de natuurkunde gewoon een artiest. De top
bestaat uit kooplieden. Ach! Al die geologen en al die andere
kundigen die Shell heeft rondlopen, worden eigenlijk gezien als
professor Zonnebloem of professor Pi. Die zijn helemaal gestoord.
Als jij eindelijk dokter in de god-weet-wat geworden bent, kijkt
de top van zo'n bedrijf op je neer."
- "Waarom komen er in mijn familie geen universitair geschoolden
voor? Om die reden niet. Wat nou studeren? Kunsten en wetenschappen,
dat was voor rijken. In een familie met handelsbelangen, waar het
geld regeerde, daar kwamen geen dominees en doktoren voor. Een
professor is ook niks - dat is een aanspreektitel voor hoogleraar."
De knipsels onder [heelal / rustig] [LP-plannen] bevatten
een andere, eerdere vermelding van de namen Dante en Ptolemaeus.
Samensteller van knipselmap en knipsels: Daniël