Type: Knipselmap

De roos

KNIPSELS:
Boudewijn de Groot kiest voor ordening  1996, juni 20
De Roos is een sleutelnummer op deze plaat," geeft Nijgh toe. "Dáár ben ik mee bezig en niet met die teksten van anderen. Je zal gemerkt hebben dat De Roos een parafrase is op Dante, zoals het lied over de hoerenloper de titel Rondeel draagt en dus ook de vorm heeft van een rondeel. De Roos is geschreven voor één enkele vrouw. De laatste strofe bevat het statement, ja. Ik schreef vroeger dingen als Canzone 4711 en daarvoor bestaat net zo'n krachtig literair reglement als voor een rondeel. Het is strak van vorm, gevoelig van inhoud. Het is een uitdaging om een gedicht met het eind te beginnen. Als dat dan lukt, houd je iets over van de liefde."
De Groot: "In De Roos is de laatste strofe bijna overbodig, ze vertelt je wat je allang vermoedde.
Boudewijn de Groot maakt nieuwe tournee tot een feest  1997, januari 17
Boudewijn de Groot met de try-out van 'Een Nieuwe Herfst'. [...] Als dan op de valreep die hits van toen komen, weet je dat het eigenlijk niet meer hoeft. Kleinoden als 'Testament' en 'Verdronken vlinder' mogen in het doosje jeugdsentiment blijven. Ze hebben waardige opvolgers gevonden in prachtige nummers als 'De roos' en 'De Engel is gekomen'. Boudewijn de Groot is overtuigend, zoals hij altijd was, met muziek die vertrouwd klinkt, maar toch anders is. Laat de winter maar komen.
De twijfels van een troubadour  1997, februari 7
Boudewijn: "Ik herken in de teksten van Lennaert vaak het decor van Haarlem en van onze jeugd: veel liedjes spelen zich immers hier af, zoals 'De reiziger', 'De rover', 'Malle Babbe' of 'De roos'."
Tourboek 97/98  1997,
[Boudewijn, over Boudewijn de Groot in Paradiso:] Vera Beths speelt hier dezelfde solo als ze op de Fietser-LP al liet horen, een solo die bij de arrangementen hoort en dus van de hand van Bert Paige is. In Paradiso streek ze ook de prachtige solo in "De roos", maar dit is op CD komen te vervallen om niet te veel doublures te krijgen: hij staat al op de Vooruit CD. [...]
[Lennaert] heeft me teksten gegeven die weer gaan over een onbereikbare liefde, zoals ooit het geval was bij "Voor de overlevenden", en die Haarlem als decor hebben. En net als vroeger was het schrijven van muziek bij die teksten een fluitje van een cent. Een nummer als "De Roos" was binnen een kwartier klaar en is een van de allermooiste geworden die we ooit hebben geschreven. [...]
Ernst Jansz en Jan Hendriks hebben al eerder met me meegespeeld. Jan op de plaat "Van een afstand" en Ernst natuurlijk op meer platen en bovenal als pianist gedurende een aantal jaren van rondtrekken door Nederland en België. Jakob Klaasse maakt het zevental compleet als muzikant. Bovendien spelen we op een aantal nummers arrangementen die door hem zijn geschreven, zoals "De Roos", "De Rover" en "De Engel is gekomen" (dat niet op deze CD staat).
Getemde zwerver  1998, februari 21 - (zaterdag)
[Boudewijn:] Over een paar dagen sta ik met mijn band in het Concertgebouw. Een jongemannendroom. We krijgen fantastische reacties op onze tour, maar voor het grote publiek is Boudewijn de Groot nog steeds die jongen met de Spaanse gitaar. Nummers als 'Testament', 'Verdronken Vlinder' of 'Jimmy/De Eenzame Fietser' leven nog steeds heel sterk. Geen punt voor mij. De oude Bob Dylan was toch 'Blowing in the Wind', de Rolling Stones blijven verbonden met 'Satisfaction'. Ik vind het niet erg die klassiekers een plaats te geven in mijn nieuwe repertoire. Ik hoop wel dat nummers van nu, zoals 'Een Wonderkind van Vijftig' en 'De Roos', over twintig jaar ook klassiekers zijn.
De wonderbaarlijke herrijzenis van Boudewijn  1999, maart 13
De chansonnier zingt zijn ballades over de verrukkingen en kwellingen van het kleine leven, verloren en herwonnen liefdes en de drang naar vrijheid die zelfs de grootste burgerman nog wel eens in zich voelt. Uit de zaal klinkt steeds meer gezucht en gekreun van herkenning. 'Oooh!' als Boudewijn De roos zingt: 'Nooit was een geur zo zoet, en nooit een huid zo zacht!' In het donker zingen en lispelen de fans de teksten mee, van de oude èn de nieuwe nummers. Woorden als 'eenzaam', 'vagebond' en 'goeie ouwe tijd' roepen onmiddellijk associaties van weemoed en verlangen op, zonder dat duidelijk is waar de tekst eigenlijk over gaat. Achter me zingt een dikke man luidkeels mee. Hij applaudiseert hard met zijn grote slagershanden en roept, als de zanger het over een schilderij van een mooie jonge vrouw door Frans Hals heeft, 'Mona Lisa!' Maar de tekst van Malle Malle Babbe kent hij, en dat zal hij laten merken ook.
Samensteller van knipselmap en knipsels: Daniël




Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09
email