Type: Knipselmap

De reiziger

KNIPSELS:
Misschien ben ik een cultuurpessimist  1974, juli 29
[Lennaert:] "Ik ben nu tien jaar bezig en voel me er een beetje deemoedig door. Op een gegeven moment krijg je hoe langer hoe minder praats. En daarom zeggen de mensen misschien dat mijn teksten minder in het vlees snijden dan vroeger. Maar er komt een nieuw soort teksten. Een tekst als 'De Reiziger' is daar dacht ik wel een van de eerste van." [...] "Daarin streef ik naar een uiterste eenvoud van woorden. De mensen horen een liedje en lezen het niet. Je kunt het niet onmiddellijk terughoren op de radio. Ja, de economie van woorden, dat is wat ik me probeer eigen te maken. Het versimpelen van de teksten. De rol van de muziek is veel groter en daarom streef ik naar die eenheid tussen muziek en tekst. Kijk, het Nederlandse lied lijdt een tikkeltje aan aanstellerij, omdat men soms naar omschrijvingen zoekt in een poging artistiek te wezen, maar eigenlijk uit schaamte voortkomend. Ik gebruikte ineens "ik hou van jou" en dat is geen weerbericht, het is een perfecte mededeling waar niets meer bij kan. Ik onderga alleen maar eerlijke emoties, en voor mensen die daarvan houden, daarvoor schrijf ik"
Programmaboek Concert III  1983,
[Vermeld als één van de liedjes in het repertoire van Concert III.]
"Eigenlijk bestaat er geen werkelijkheid voor mij"  1991, januari 26
Hij heeft alles verloren,
nooit iets bewaard...
Hij heeft nergens iets gevonden,
niets meegebracht (Uit: De Reiziger)
[Lennaert:] "De reis is een literair middel dat tot de alleroudste behoort. Of je nou Kuifje, Bolke de Beer, het Gilgamesj-epos neemt... allemaal hetzelfde. Tolkien heeft het heel zuiver teruggebracht tot z'n essentie: reizen doe je niet vrijwillig. Dat gebeurt onder dwang, met tegenwerking van de betrokkene. Het is altijd een ballingschap, een vlucht, een queeste. Men wordt gedwongen dat Gulden Vlies ergens vandaan te halen. Men komt ook nóóit meer terug, want degene die terugkomt, is een ander. Een universeel thema, reizen."
"Toen ik op de filmacademie zat, begonnen we scenario's met: 'Een jongen loopt door de stad. De stad verandert om hem heen.' Waarom? vroeg de toenmalige directeur Koolhaas toen. De woedende verbouwereerdheid die op onze gezichten te lezen moet zijn geweest. Waarom? Wat is dat nou voor een kutvraag? Voordat we in de gaten hadden, dat we zelf doelloos door de stad slenterden."
De twijfels van een troubadour  1997, februari 7
Boudewijn: "Ik herken in de teksten van Lennaert vaak het decor van Haarlem en van onze jeugd: veel liedjes spelen zich immers hier af, zoals 'De reiziger', 'De rover', 'Malle Babbe' of 'De roos'."
Tourboek 97/98  1997,
[Boudewijn, over Boudewijn de Groot in Paradiso:] Vera Beths speelt hier dezelfde solo als ze op de Fietser-LP al liet horen, een solo die bij de arrangementen hoort en dus van de hand van Bert Paige is. In Paradiso streek ze ook de prachtige solo in "De roos", maar dit is op CD komen te vervallen om niet te veel doublures te krijgen: hij staat al op de Vooruit CD.
Leen uw oor aan Boudewijn de Groot  1999, maart 10
Na het Concertgebouw hoopt Boudewijn de Groot komende week ook Carré te vereren met een zevenmansband, die onder meer werk van zijn laatste cd zal spelen: 'Een nieuwe herfst.' Vanuit Haarlem geeft hij een korte toelichting. [...]
"Ja, het is een stevige band," beaamt De Groot. "Maar het zijn vooral mensen die aardig wat instrumenten voor hun rekening nemen. Mijn muziek gaat van jazz tot folk, en van klassiek tot pop. En met zo'n variëteit aan instrumenten benader je de arrangementen van de plaat het best. Bovendien zijn het stuk voor stuk enthousiaste muzikanten, die hun eigen ideeën inbrengen. Een nummer als De Reiziger wordt op de plaat met strijkers uitgevoerd, terwijl het in het theater bijna stevige rock & roll is geworden."
Het Portret: Lennaert Nijgh is zijn eigen strengste criticus  2001, februari 3 en 4
Lennaert Nijgh is de grootste nog levende tekstschrijver in het Nederlands taalgebied, daar zijn vriend en vijand het over eens. Van de eerste mensensoort heeft het Haarlemse genie meer dan van de laatste, dit ondanks het feit dat om zijn werk moet worden gebeden en gesmeekt. Het beste daarvan is nu verzameld, in een boek (met bonus cd 'De Razende Bol') en een pluchen 2cd-box, beide getiteld 'Ik Doe Wat Ik Doe' en op dezelfde wijze vormgegeven. Elf van de 36 (!) liedjes op het dubbelalbum zijn nooit eerder op cd verschenen. Geen wonder dat Nijghs favoriete tekst van eigen hand er niet eens op staat...
Het is al 35 jaar een 'running gag' tussen ons. Mijn eerste vraag aan Lennaert Nijgh moét luiden: wat is je favoriete tekst van eigen hand? En net als de voorgaande 35 gelegenheden zal ik wel een, maar niet hét antwoord krijgen. "Je denkt toch niet ik zo'n slechte vader ben dat ik een van mijn kinderen ga voortrekken", zegt Lennaert Nijgh ditmaal, op de toon van vader-is-niet-boos-vader-is-verdrietig, die hij bewaart voor mensen die hij wel mag. Het is weer eens iets anders dan "Ik ben Koning Salomon niet", "Vraag het me nog eens, op mijn sterfbed" of "Heb ik niet", dat de tweede helft van de vorige eeuw mijn deel is geweest. [...]
Vlak voor ik in de taxi stap, vraag ik Nijgh weer wat zijn favoriete nummer van eigen hand is. "De Reiziger", zegt hij, zonder enige aarzeling.
Wat? Niet 'Testament', 'Verdronken Vlinder', 'Malle Babbe' of 'Pastorale', door radioluisteraars vorig jaar nog verkozen tot het beste Nederlandstalige lied aller tijden? Ophouden nu je nog vóór staat, zegt de blik in Lennaert Nijghs ogen. Maar zelf zegt hij niets. Hij zou het beter verwoorden. Maar dat zou tijd vergen...
Samensteller van knipselmap en knipsels: Daniël




Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09
email