[Rob:] Een hele elpee
durfde Gerrit niet aan, maar met het lied
Jan Klaassen
wilde hij wel een single proberen. Op één
voorwaarde: dat Boudewijn de Groot de producer zou
zijn. [...]
Jan Klaassen haalde
in mei '73 de dertigste plaats van de top veertig, de eerste hit
sinds Anna Paulowna uit '66. De verdere opmars werd ernstig
belemmerd door het feit dat het nummer was doorverkocht voor de
compilatie-elpee Alle 13 goed en daar al op stond voordat
de single uitkwam. In die tijd werden van zo'n elpee minstens
80.000 exemplaren verkocht. Woedend was ik. Maar de vrede keerde
snel terug, want in september '73 werd het tweede stuk uit de
band van Astrid en Lennaert uitgebracht en dat stootte door tot
de derde plaats in de top veertig: Zuster Ursula. Het
uitbrengen van een langspeelplaat
was voor Phonogram nu geen enkel probleem
meer. [...]
Vlak [na de verhuizing uit de Bijlmer] hebben we [Rob en
Elly] het succes van Zuster Ursula gevierd met een
etentje in de Auberge in Laren. Het was een wonderlijke tijd:
iedereen die we tegenkwamen, zei nu dat-ie altijd wel had geweten
dat ik terug zou komen. Iedereen claimde ook zijn aandeel in het
succes. Het wereldje wist te melden dat Boudewijn de Groot had
gezorgd voor de spectaculairste comeback in de Nederlandse show
business - alsof ik er zelf part noch deel aan had. We waren
ingericht in de sfeer van de teksten van Lennaert. Zwart behang,
pluimen, ovale portretten aan de muur, losse kleedjes, spiegels en
de hoge rieten stoel die ook op de elpee
In de uren van de middag stond.
Die hele comeback van Rob de Nijs is destijds mijn idee geweest.
"Jan Klaassen de trompetter",
"Zuster Ursula","Malle Babbe"
"en al die"
andere nummers zijn allemaal van Boudewijn en mij. Ik heb begin jaren
zeventig anderhalf jaar moeten lullen als Brugman om dat er door te
krijgen, want volgens Phonogram lag De Nijs er uit. Later zeiden ze
tegen mij : "Dat hebben we toch goed gezien, toen met Rob de
Nijs." Ik zeg : nee, vuile lui, dat hebben jullie niet goed
gezien, dat heb ik goed gezien. »
Naast zijn journalistieke werkzaamheden voor het Haarlems
Dagblad, waarvoor hij wekelijks een column schrijft, werd
[Lennaert] de man van liedteksten voor bekende Nederlandse
artiesten. Veel van zijn werkstukken werden nationale bestsellers
zoals 'Zuster Ursula', 'Malle Babbe',
'Jan Klaassen de trompetter',
'Het Land van Maas en Waal',
'Prikkebeen', en
'Zonder vrienden kan ik niet'.
Begin jaren zestig is Rob de Nijs een idool dat met 'Ritme Van De
Regen' de teenagers aan de voeten krijgt. Hij raakt later uit de gratie,
maar dankzij succesvolle rollen in tv-programma's als 'Oebele' en 'Kunt
U Mij De Weg Naar Hamelen Vertellen, Meneer?' is hij na enkele jaren
weer terug. Hits als 'Dag Zuster Ursula' en
'Malle Babbe' markeren de frisse start.
Voor Rob de Nijs staat vanaf dat moment alles in het teken van muziek.
De immer bruisende energie wordt verdeeld over platen en podia.
De Nijs: "Jan Klaassen haalde
in mei 1973 de dertigste plaats van de top veertig. De verdere opmars
werd ernstig belemmerd door het feit dat het nummer was doorverkocht
voor de compilatie-elpee Alle 13 goed. Daar stond het liedje al op
voor de single uitkwam, en daar was ik woedend om. In die tijd werden
van zo'n elpee minstens 80.000 exemplaren verkocht."
De vrede keerde snel terug want in september van hetzelfde jaar kwam
met 'Zuster Ursula' het tweede De Nijs-lied
uit. "Het stootte door tot de derde plaats van de top veertig. Het
uitbrengen van een elpee was nu voor
Phonogram geen enkel probleem meer. Door het succes van
Jan Klaassen kwamen ook de aanvragen
voor optredens in dancings en discotheken binnen. Die paar honderd
gulden die ik verdiende had ik nodig om er zelf weer enigszins bovenop
te komen. Ik was jarenlang de enige die zeker wist dat het met mij nog
niet was afgelopen."
Minder bekend is dat
[Lennaert] ook tekende voor teksten van
o.a. Rob de Nijs (Malle Babbe,
Dag zuster Ursula),
Mouth & McNeal
(Ik zie een ster, en Ramses Shaffy en
Liesbeth List (Pastorale).
['Ik zie een ster' is niet door Lennaert geschreven, maar de
achterkant ervan, 'Liefste'.]