Type: Knipselmap

Ik doe wat ik doe [boek]

KNIPSELS:
"Ik doe wat ik doe"  2000, maart 30
De hommage had eigenlijk samen moeten vallen met de uitgave van een boek met al zijn songteksten: 'Ik doe wat ik doe'. Wegens omstandigheden komt het boek echter pas in september uit. Uiteraard zal maandagavond Boudewijn de Groot van de partij zijn, maar ook mensen als Rob de Nijs, Ramses Shaffy en Liesbeth List zullen op hun manier hun waardering voor de schrijver laten blijken.
Zo welbespraakt als de 55-jarige schrijver in zijn liedteksten is, zo moeilijk vindt hij het om over zichzelf te praten. Hoewel hij de hommage prachtig vindt, moet er volgens Nijgh ook niet te veel over gezeurd worden. "Ik doe wat ik doe en meer valt er eigenlijk niet over te vertellen." Het is dan ook niet voor niets dat het komende verzamelboek ook de titel draagt van dit hitje dat hij ooit voor zijn toenmalige vrouw Astrid Nijgh schreef.
"Ik doe wat ik doe"  2000, september 28 - (donderdag)
Het verzameld werk van Lennaert Nijgh is uit. 'Ik doe wat ik doe'. Een kloek boek met klassiekers als 'Het Land van Maas en Waal' en 'Malle Babbe', 'Pastorale' en 'Meester Prikkebeen', 'Tante Julia' en 'Testament'. Een gesprek met de Haarlemse schrijver, die in de jaren zestig naam maakte met zijn teksten voor Boudewijn de Groot. "Ik heb weinig met la-la-la en na-na-na." [...] "Ik heb voor Adèle Bloemendaal geschreven, voor Rob de Nijs, voor Ramses Shaffy, maar het begon met Boudewijn en uiteindelijk schrijf ik nu weer alleen voor Boudewijn. Wat moet jong talent nou met een oude man als ik? Veel zal ik niet meer schrijven. Ik ben nooit een veelschrijver geweest, maar ik heb er geen punt achter gezet. Mijn verzameld werk is niet het einde. Het beste moet ik nog maken. Er komen andere tijden."
'Ik doe wat ik doe', door Lennaert Nijgh. Uitgave: Nijgh en Van Ditmar. 352 blz. Prijs: f 69,90.
Ik doe wat ik doe  2000, september
U hebt ze natuurlijk herkend: dit zijn flarden uit liedjes van Boudewijn de Groot, en niet zomaar liedjes: 'Strand', 'Meester Prikkebeen', ze behoren tot het beste wat in dit genre in het Nederlands is geschreven. Dat danken ze natuurlijk aan De Groots muziek - maar evenzeer aan het talent van de tekstdichter ervan, Lennaert Nijgh, zonder meer een van de grootste Nederlandse liedjestekstschrijvers van deze eeuw. Hoezeer hij dat is, blijkt in overvloed uit de meer dan 180 teksten die zijn verzameld onder de titel Ik doe wat ik doe, nu als vierde deel in de fraaie 'Pluche'-reeks van Nijgh (geen familie) & Van Ditmar verschenen (1.399 frank). [...]
Nijgh heeft niet alleen veel geschreven, maar bovendien veel verschillends, ook liederencycli en complete musicals (van het door Vondels Gijsbrecht van Aemstel geïnspireerde De engel van Amsterdam tot de rockopera Ik Jan Cremer, zodat niet alleen Boudewijn de Groot of Rob de Nijs, maar bijvoorbeeld ook Jasperina de Jong en Liesbeth List (en zelfs Miek en Roel) materiaal van hem hebben opgenomen. Zoals Kick van der Veer, onder wiens redactie dit boek verschijnt, Nijghs veelzijdigheid in zijn 'Verantwoording' typeert: 'woedende politiek geladen liedteksten, poëtisch dromerige sfeertekeningen, hartstochtelijke liefdesballades, humoristische cabaretteksten', waarbij hij 'met elke vorm overweg (kon): van klassieke rederijkersballade tot het vrije vers'. Verder heeft hij nogal wat vertaald, van Leo Ferré en Jacques Brel tot liederen uit de Mauthausencyclus van Theodorakis.
Wat die rederijkerij betreft: in de 'Toelichtingen' achterin, waarin Nijgh zelf zijn scheppingen van verfrissend nuchter en vaak geestig commentaar voorziet, is bij 'Zonder vrienden kan ik niet', nog zo'n De Groot-klassieker, dit te lezen: "Ik was inderdaad een rederijker. Dit is een acrostichon, net als het Wilhelmus. Dus lezen wij in de letters waarmee de regels van de coupletten beginnen: Janwillem, Ramses, Boudewijn en Lennaert. Hetgeen aan de inhoud van de tekst niets bijdraagt, maar zeer zeker ook niets afdoet." [...]
Wat Nijgh verder zo bijzonder maakt, legt inleider Jacques Klöters goed uit in zijn voorwoord: "Het leven dat hij beschrijft, is vaak een kunstmatig, literair leven, desnoods uit een ander tijdperk. Weinig hitschrijvers hebben in hun teksten zo dikwijls gerefereerd aan culturele iconen: Jeroen Bosch, Leonardo, Papageno, Medea, Mozart, Freud, Tacitus, zomaar wat namen uit zijn liedjes die door het hele volk meegezongen zijn. Lennaert Nijgh leverde het bewijs dat een lied niet simpel hoeft te zijn om een hit te worden."
Ik doe wat ik doe bevat overigens niet Nijghs complete productie. Zo ontbreekt een van zijn bekendste creaties, het destijds door Rob de Nijs de hitparade in gezongen 'Zet een kaars voor je raam vannacht'. En wel hierom: 'Brandende kaarsen voor ramen zijn niet toegestaan. Dit mede namens het verzekeringswezen," zoals de schrijver aan Van der Veer meedeelde.
Dit voorbeeldig uitgegeven boek gaat vergezeld van een cd, een heruitgave van de lp De Razende Bol uit 1978, waarop Astrid Nijgh twaalf door Lennaert 'gerestaureerde' traditionele vissersliederen en zeemansballaden zingt.
Lennaert Nijgh houdt van hoeren en ruwe bonken  2000, oktober 12 - (donderdag)
Op de dubbel-cd Ik doe wat ik doe worden 36 van zijn beste teksten gezongen door onder meer Herman van Veen, Joost Nuissl, Fred Piek en natuurlijk Boudewijn de Groot. Deze fraaie cassette is een aanvulling op de gelijknamige tekstbundel, een aflevering uit de Pluche-tekstdichtersreeks van Nijgh en Van Ditmar. Bij dat boek hoort ook de cd De Razende Bol uit 1979 van Astrid Nijgh.
Lennaert Nijgh doet wat hij doet  2000, oktober 17 - (dinsdag)
De teksten van Lennaert Nijgh staan in het Nederlandse collectieve geheugen gegrift, maar zijn plek was altijd in de coulissen. De recente bundeling van zijn mooiste liedjes, Ik doe wat ik doe, is een eerbetoon aan de man die Boudewijn de Groot en Rob de Nijs hun grootste successen bezorgde. [...] Als schrijver van liedjes voor Jenny Arean, Liesbeth List, Rob de Nijs en vooral Boudewijn de Groot is Lennaert Nijgh gewend dat het grote publiek zijn gevoelens en zijn woorden aan anderen toeschrijft. Met de verschijning van zijn gebundelde liedteksten krijgt hij de kans eens zelf in de schijnwerpers te staan, maar hij verkiest de luwte. [...]
[Lennaert, over Boudewijn:] "Terwijl ik een lied schrijf, hoor ik de melodie, vaak zelfs de instrumenten. Bij anderen heb ik dan nog wel eens dat ik iets heel anders hoor als zij mijn tekst op muziek zetten, maar bij Boudewijn is dat nooit gebeurd. Ik ben mijn muziek vergeten zodra ik zijn melodie hoor," is het enige dat hij erover wil zeggen. En over het stormachtige begin van hun carrière: "Als we een idee hadden, voerden we dat direct uit. Het was soms alsof we samen de deur uitstormden en op vier hoog bleken te zitten. We vielen dus af en toe hard, maar dan stoften we onze kleren af en gingen door." De toelichting op de liedjesteksten in Ik doe wat ik doe geeft hier en daar ook inzage in hun complexe band. [...] Lennaert Nijgh, Ik doe wat ik doe, gebundelde liedteksten, Nijgh & Van Ditmar, fl 69,90.
Popbibliotheek  2000, november
[De] discografie in het laatste hoofdstuk van Ik doe wat ik doe laat een waslijst aan namen zien. Daaruit kunnen we ook opmaken dat de teksten Nijgh, al dan niet in combinatie met muziek van Boudewijn de Groot, bij jongere generaties nog altijd in trek zijn. Onder de acts die de laatste jaren werk van hem opnamen, kom je namen tegen als Paul de Leeuw (die o.a. Ik doe wat ik doe en Aan de andere kant van de heuvels coverde), De Dijk, Bettie Serveert, Tröckener Kecks, The Nits en Rowen Hèze. Het fraai gebonden Ik doe wat ik doe verzamelt alle liedteksten die Nijgh door de jaren heen maakte. Een zinvolle uitgave, want door hun verhalende karakter laten zijn pennevruchten zich ook prima lezen. Net als de vorige uitgave in deze serie, de verzamelde teksten van Raymond van het Groenewoud, gaat ook Ik doe wat ik doe vergezeld van een CD. Niet van Lennaert, die naar verluidt het stemgeluid van een kraai heeft, maar van zijn ex-vrouw Astrid Nijgh. De Razende Bol verscheen oorspronkelijk in 1979 en ging toen vrijwel ongemerkt voorbij. Ten onrechte, zo menen de vroegere echtelieden. Dat mag dan zo zijn, anno 2000 klinkt de plaat toch wat verouderd. Een betere ondersteuning van het boek is de CD Ik doe wat ik doe, die in de platenwinkel apart te koop is. Hierop staan wel de grootste hits (4). Boek en de identiek hieraan vormgegeven cd vormen een prachtig monument voor de grootste levende tekstschrijver in het Nederlandse taalgebied.
Lennaert Nijgh: Ik doe wat ik doe. Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam. f 69,90 (inclusief de cd De Razende Bol van Astrid Nijgh).
Het Portret: Lennaert Nijgh is zijn eigen strengste criticus  2001, februari 3 en 4
Lennaert Nijgh is de grootste nog levende tekstschrijver in het Nederlands taalgebied, daar zijn vriend en vijand het over eens. Van de eerste mensensoort heeft het Haarlemse genie meer dan van de laatste, dit ondanks het feit dat om zijn werk moet worden gebeden en gesmeekt. Het beste daarvan is nu verzameld, in een boek (met bonus cd 'De Razende Bol') en een pluchen 2cd-box, beide getiteld 'Ik Doe Wat Ik Doe' en op dezelfde wijze vormgegeven. Elf van de 36 (!) liedjes op het dubbelalbum zijn nooit eerder op cd verschenen. Geen wonder dat Nijghs favoriete tekst van eigen hand er niet eens op staat... [...]
"De archeoloog die te zijner tijd 'Ik Doe Wat Ik Doe' opgraaft, zal de indruk kunnen krijgen dat ik wel eens wat met Boudewijn de Groot heb geschreven, maar hem moest inpassen in mijn drukke werkzaamheden. Dat is de schuld, respectievelijk de verdienste, van Jacques Klöters en Kick van der Veer, die boek zowel als dubbelalbum hebben samengesteld en zich hebben laten leiden door zorg voor liederen die misschien verloren waren gegaan als ze niet nü, op de grens van twee millennia, waren gebloemleesd. [...]"
Samensteller van knipselmap en knipsels: Daniël




Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09
email