Oktober 1979 zal de wederopstanding van Boudewijn de Groot
markeren. Een nieuwe langspeelplaat - waarschijnlijke titel
Geen carnaval - komt over een week of 6 uit. De toernee
Concert II begon met een aantal proefconerten, waarvan dat in
Schiedam er een was.
Kamiel Pauwels van Spiraal Theaterprodukties uit Antwerpen,
die deze tournee van Boudewijn heeft opgezet, vond de
gebeurtenis zo belangrijk, dat hij vorige week in Dilbeek een
"media-ontmoeting" met Boudewijn organiseerde. In gezelschap
van collega's van de Rode Vaan, Het Laatste Nieuws, Televisie
Express en de Belgische omroep BRT (afdeling Brabant) wachten
we in de bar van het Dilbeekse ontmoetingscentrum op Boudewijn
de Groot. De sfeer lijkt op een verjaardagsfeest; de uitbater
van de. bar komt regelmatig met pintjes bier en presenteert
hartige, hapjes op een fors roestvrij stalen plateau.
"Wat zal ik zeggen," verklaart Kamiel Pauwels in zijn
inleiding als Boudewijn in gezelschap van zijn groep -
gitarist Fred Beeckmans, slagwerker Tony Gijselinck en pianist
Ronnie Brack uit België en bassist Hennie Vrienten uit
Tilburg is gearriveerd. "Boudewijn de Groot is Boudewijn de
Groot, Hollander in hart en nieren. Maar we zijn blij dat hij
weer een tournee door Vlaanderen maakt."
"Er is tuchtig gerepeteerd geweest. Alles laat voorzien dat,
gezien de voorverkoop in diverse theater, de publieke
belangstelling ontzettend groot zal zijn. Dus deze
persconferentie om Boudewijn vragen te stellen over de tournee,
de plaat en eh..." "Intimiteiten," roept Boudewijn de Groot er
jolig achteraan. [...]
[Boudewijn:] "De samenwerking met Lennaert Nijgh is
op mijn komende plaat minder groot dan ik gedacht had, hij heeft
drie teksten geleverd. Zijn aanbod was vrij gering, het was de
bedoeling dat hij voor meer teksten zou zorgen. Zelf heb ik nu een
paar teksten geschreven, een aantal samen met René Daalder,
én ik zing een tekst van Herman Pieter de Boer en een tekst
van pianist Ernst Jansch. Ik ga niet zozeer op de naam af dan wel
op de kwaliteit van de tekst. Als een tekst me aanspreekt, vind
ik hem goed dan kan het me verder niet zoveel schelen," antwoordt
Boudewijn op een vraag over zijn nieuwe liedjes.
- Wordt je nieuwe plaat een wereldverbeterend
produkt?
Boudewijn lachend: "Zeker niet wereldverbeterend."
- Vrijblijvend?
Vrijblijvend nee, niet helemaal.
- Gezellig?
Boudewijn: "Hopelijk gezellig. ja. Er is een aantal dingen
over mezelf dat ik kwijt wil. Er zijn enkele, laat ik zeggen,
stemmingsbeelden, eh, die wat diepgang betreft minder om het
lijf hebben, die een sfeertekening zijn. Zeker niet
wereldverbeterend in politiek opzicht. Ik wil wel graag
wereldverbeterend te werk gaan, Maar dat doe ik meestal buiten
de plaat om. Ik geloof niet zo in de wereldverbeterende kracht
van kunst," zegt hij, het laatste woord op de tong
proevend. [...]
- Je gaat nu een toernee van 2 maanden maken. Er is een
nieuwe plaat op komst. Wat komt daarna? Stilte?
Boudewijn, veelbetekenend: "In januari ga ik weer naar
Amerika. Mijn muziekstudie afmaken..."
Nog altijd roept de stem van Boudewijn de Groot herinneringen
op aan het provo- en kaboutertijdperk van de late zestiger jaren.
Lief zijn voor elkaar, kampvuren met gitaren aan stille stranden,
protestmarsen, lange haren en bloemetjesoverhemden. Maar dat is
jammer genoeg voorbij. Jammer vooral voor Boudewijn zelf, die dit
allemaal weer opnieuw probeert op te roepen met de elpee
"Van een afstand".
Hij lijkt zelf wat op een afstand van het leven, te staan.
Was zijn vorige produkt, "Waar ik woon en wie ik ben" (ook alweer
zes jaar oud) nog een poging om de door jaren opgedane
levenswijsheid te verwoorden, deze keer geeft hij zich weer, over
aan puberaal liefdesverdriet. De liedjes zijn hoofdzakelijk in
mineur en vertellen droef over mislukte liefdes.
Niet dat daar wat op tegen is, integendeel. Relatieproblemen
zijn de oorsprong geweest van veel goede songs. Maar de manier
waarop De Groot ze behandelt, doet wat gedwongen aan. Je zou
verwachten dat hij in die veertien jaar na het hoogtepunt van
zijn carrière toch wel wat heeft geleerd. Maar we
hebben het allemaal al eens een keer van hem gehoord, en dat
geeft de teksten een wrange bijklank. Is hij nu zo naïef,
of doet hij zo terwille van de commercie?
Maar toch laat kwaliteit zich niet verbergen, en zijn
vroegere roem wordt weer enigszins herroepen door
"Tip van de sluier", "Als het bericht
slecht is", en "Carnaval". Maar ja,
de achtergrondstem op het laatste nummer is weer van zoon Jimmy,
wiens onwettige komst in '67 al werd aangekondigd op
Elégie Prénatal. Dat
laat toch weer een beetje oudbakken gevoel achter. Boudewijn
mist op deze elpee duidelijk het vuur dat hem indertijd tot
dé grote protestzanger maakte. Misschien kan hij dat
vuur nog ergens oppikken als hij weer aan het fietsen gaat,
in zijn eentje...
"[Hans Kusters] heeft altijd gezegd dat ik in Duitsland
of Frankrijk best een goeie kans van slagen had. Op de door hem
opgestuurde band met vertaald werk van
'De eenzame fietser' en
'Van een afstand' zijn inderdaad vanuit Duitsland zulke positieve
reacties binnengekomen, dat al heel snel besloten is een
elpee daar uit te brengen. De
hoes is nu net klaar en alleen daar over is men bij de maatschappij
zo enthousiast, dus wie weet. [...]"
[In 1977] vertrok Boudewijn de Groot naar de Verenigde
Staten om in Los Angeles lichte muziek te gaan studeren. Af en
toe sijpelde er nog wel een boodschap van hem door (de elpee
'Van een afstand' in 1980), maar duidelijk was dat zijn interesses
elders, in Californië, lagen. Inmiddels is Boudewijn de Groot
afgestudeerd en lijkt hij zich weer meer op Nederland en België
(plus Duitsland dus) te gaan
richten. [...]
Het doet Boudewijn de Groot, ook volop bezig met de verbouwing
van zijn prachtig gelegen huurwoning, deugt dat Hans de Booy thans
in zijn vaderland een hit scoort met 'Annabel', dat hij ooit samen
met Herman Pieter de Boer ("Herman Poeter de Bier" volgens hem)
schreef. "Dat nummer was oorspronkelijk bestemd en opgenomen voor
'Van een afstand', maar bleef liggen. Herman en ik waren er niet
helemaal uitgekomen. Ik ben blij dat Hans, die bij mij de lichtregie
heeft gedaan, er zich wel gelukkig mee voelt. Misschien dat hij
daardoor nog wel eens iets van me opneemt."
In 1973 scoorde hij zijn laatste hit:
'Hoe sterk is de eenzame fietser'.
De Groot weigerde hiervan de vruchten te plukken en dook weer eens
onder. Hetzelfde gebeurde in '76 na de elpee 'Waar ik woon en wie ik
ben'. Een toerneetje volgde. Het jaar daarop vertrok hij naar de VS.
Af en toe hoorden we nog iets, iets maar veel was het niet. De elpee
die in '80 uitkwam, 'Van een afstand', had zeer goed gekozen titel.
Na dat toernee werd door Phonogram gebruik gemaakt om een
dubbel-L.P. uit te brengen, 'Concert',
life opgenomen tijdens enkele van deze concerten, wat een doorsnede
vertegenwoordigde van Boudewijn's levendige repertoire. Maar eerst
werd nog de LP 'Van een afstand' uitgebracht met gloednieuw repertoire,
waarvoor Boudewijn materiaal in de Verenigde Staten schreef. Dat land
was van 1980 af zo'n beetje zijn studietoevluchtsoord geworden.
Boudewijn studeerde er tot voor kort aan de Dick Grove's Music
Workshops in Hollywood Arrangement en Harmonie en Film Scoring.
[Boudewijn:] kwam weer naar Nederland voor een uitgebreide
tournee door Nederland en België en voltooide in 1979 de
langspeler 'Van een Afstand', die met een Edison en inmiddels ook
een gouden plaat werd bekroond.
Boudewijn, door John van de Rest gevraagd voor de vertaling van
'Nonsens', hernieuwt hiermee na tien
jaar weer zijn intensieve samenwerking met Lennaert Nijgh (hun laatste
elpee was het uit 1976 daterende 'Van een afstand') die dateert vanaf
het moment dat beiden op de Filmacademie zaten.
[Lennaert:] Boudewijn en ik zijn al een tijdje bezig om een
nieuwe lp te maken, maar dat is op
deze leeftijd iets ingewikkelder dan het toen was. Het wordt onze eerste
lp sinds "Van een afstand" uit 1980, wat ik overigens een van de
mooiste vind.
Behalve voor Moeder schreef hij zelf nog een aantal teksten
voor liedjes als Hoogtevrees en Als het bericht slecht is,
dood je de boodschapper, van zijn laatste LP Van een afstand
(1980). De meeste teksten werden echter door anderen geschreven. Toch
hebben ze vaak een heel persoonlijke toon. Sterker nog, ze bevatten wel
degelijk fragmenten uit Boudewijn de Groots eigen leven, hier in
Nederland. "Veel mensen," zegt hij, "denken over bepaalde dingen
hetzelfde als ik, maar kunnen het beter onder woorden brengen. Dan
hebben ze iets gemaakt waar ik mezelf in
herken. [...]"
- Waren jullie nog echt bevriend toen Boudewijn aanklopte?
NIJGH: "Gut... Hij woonde in Hilversum. Eind weg, hé. Wat
deed-ie eigenlijk in die tijd? Hij stond in Tsjechov, die
musical. En hij ging met... hoe héét ze nou... ik noem
haar Kwak. Want ze doet de stem van Alfred Judocus Kwak.
Enfin, het gaat nu heel plezierig tussen ons. We hebben in grote lijn
een CD met nieuw materiaal klaar.
De eerste sinds Van een afstand - vijftien jaar terug. Ik
weet niet wanneer-ie uitkomt, hoor. Boudewijn heeft het druk. Hij
gaat in 'Anne Frank' spelen. Hij is in de weer geweest met een
plaat van Marcel, zijn zoon. En hij heeft een paar Nederlandse
speelfilms gedaan - vraag me niet precies hoe en wat. Ik ben
dat eh... een beetje kwijt."
Als kind wilde De Groot 'n beroemde filmster worden. Hij had erover
gelezen in de bladen. Daarin stonden van die gelukkige Amerikaanse
gezinnen met van die grote sleeën van auto's en van die grote
villa's. Dat fascineerde hem mateloos. Amerika was het beloofde land.
De Groot heeft er later dan ook twee keer gewoond. De eerste keer, in
'76, vertrok hij met vrouw en kind en bleef hij een jaar. Voornamelijk
om zich aan een muziekstudie te wijden en om te werken aan het album
Van Een Afstand, dat in '80 verscheen.
[Boudewijn:] "'Van Een Afstand' was bijna het
tegenovergestelde van 'Waar Ik Woon En Wie Ik Ben'. Een allegaartje
met plaats voor liefst zes tekstschrijvers, onder wie ikzelf, en
zelfs een andere componist, Henny Vrienten. Ik trok uit de ervaring
de conclusie dat ik niet kan floreren in chaos, maar orde nodig heb
om te functioneren. Ik begreep ook dat die orde moest komen van de
teksten van Lennaert Nijgh. Op zijn teksten componeer ik het best.
Het probleem is dat ik ze alleen met de grootste moeite uit zijn
handen krijg. Bidden, smeken, dreigen, het helpt allemaal niets. 'Als
je het snel wilt, ga je maar naar Overtoom' is zijn vaste verdediging."
In 1978 kwam Van een afstand uit, met toch weer liedjes van
Lennaert, zes jaar later gevolgd door
Maalstroom, die weer leek op
Waar ik woon en wie ik ben.
[Boudewijn, over Nieuwe Herfst Tournee:]
Ernst Jansz en Jan Hendriks hebben al eerder met me meegespeeld. Jan
op de plaat "Van een afstand" en Ernst natuurlijk op meer platen en
bovenal als pianist gedurende een aantal jaren van rondtrekken door
Nederland en België.
Met Lennaert volgden er weer nieuwe successen. Totdat Boudewijn
op een dag besloot, na zijn eerste kennismaking met Los Angeles voor
het mixen van zijn plaat
Voor de Overlevenden
na zijn plaat Van een Afstand - de titel zegt het al - opnieuw
uit te wijken naar Amerika.
[Wim: Ach Henk, nou ga je toch wel heel erg de fout in. Voor de
overlevenden is van 1966 en we zitten al ver in de jaren 70 met je
verhaal.]