[Hitweek:] Welke tévéprogramma's vind je goed? [Boudewijn:] Shindig, maar je ziet er de laatste tijd steeds
dezelfde mensen optreden. Fanclub
vind ik rommelig en slecht gepresenteerd. Mijn aandeel erin vond ik ook
tekort. Ik vind het overigens heel fijn om op te treden voor TV. Fijner
dan bijv. op een beat-avond. Ik sta dan tussen allemaal beatgroepen en
ik heb alleen maar 'Het meisje van 16' te
brengen.
Maar ik geloof dat ik meer de tienerkant opga. Op de LP die eind
februari uitkomt staan behalve 6 chansons nog 4 protestsongs (o. a.
vertaling van Ballad of Christelman van Donovan) en twee beatnummers.
Nederland wordt eindelijk wat meer een Beatland. Ach ja, we lopen nu
eenmaal altijd wat achter. Ook met de buitenlandse grammofoonplaten.
Ik vind dat die veel te laat in Nederland uitgebracht worden. Neem
nou 'Sounds of silence'. Toen
die hier uitkwam was hij in Amerika al weken uit en ergens bovenaan
de Hitparade.
Vaste plannen over de toekomst heeft
[Boudewijn] niet. Tot eind januari staat hij met Potsdammer
in Den Haag. Potsdammer voelt er wel voor, het contact te laten
voortduren en voorlopig samen te blijven spelen. Boudewijn, die al
een seizoen met hem in het Amsterdamse Lido optrad, ziet nog wel.
Over twee maanden komt er een LP van hem uit. Met onder meer "Een
respectabele man - de vertaling van uiteraard 'Well respected
man'. En Boudewijn zal, al is hij geen principieel
protestzanger, achter de boodschap staan.
Zo [via Ed Lautenschlager] is Boudewijn de Groot in
"het chanson" terechtgekomen. En omdat ie een moderne jongen is,
heeft hij zich niet beperkt tot cabareteske chansons-bij-de-gitaar,
maar heeft hij zich laten inspireren door idolen van de platenkopende
jeugd als bijvoorbeeld Bob Dylan en Donovan. Terwijl hij enkele jaren
lang geen droog brood verdiende met zijn liedjes, en hij daarom halve
dagen bij een warenhuis in het magazijn werkte om vrouw Anneke en kind
Marcel in leven te houden, maakte hij eind vorig jaar een plaatje, dat
hem in korte tijd succes, werk en dus ook een beter inkomen bezorgde.
Phonogram kwam hem Aznavours "Une enfant" aanbieden, dat in
Anglosaksische landen in vertaling al een hit was geworden. Boudewijns
vriend Lennaert
Nijgh schreef er een Nederlandse tekst
voor, die "beter is dan de Engelse", zoals Boudewijn vindt.
Die plaat werd een bestseller, bracht het tot de hoogste regionen
van de
hitparade en zo wonderwel bleek die stijl bij Boudewijns
talent en stem te passen, dat er nu onlangs zelfs een
30-cm langspeelplaat
op het Decca-label verscheen. Daarop staan chansons als
'Woningnood", maar ook vertalingen van
Donovan- en
Dylan-nummers als "Sunny Goodge Street", dat in het Nederlands
"Draai weer bij" werd.
"Times are a'changin"' werd
"Er komen andere tijden".
BOUDEWIJN DE GROOT is 21 jaar, komt uit Haarlem en zat daar
op het Coornhertlyceum. Behaalde diploma, evenals dat van de
filmacademie in Amsterdam. Werd 'op de romantische wijze' ontdekt,
zegt hijzelf, door Ed Lautenschlager, tv-omroeper. Hij is
terughoudend in het praten, maar geweldig eerlijk en zeer
vriendelijk. Zwart krullend haar, groene ogen, hij drinkt en
rookt niet of nauwelijks en durft niet in een auto te rijden.
Heeft twee singles en een lp op zijn naam staan en zit tot over
zijn oren in het werk. Wens: hij zou zo graag wat meer in
Amsterdam optreden. [...]
[Vraag:] Welk soort liedjes zing je het liefst?
[Boudewijn:] Alle liedjes, als ze maar een goede tekst
hebben. En Nederlands zijn. Ik zing alleen Nederlands, maar alles,
beat, protest, zelfs smartlappen wil ik zingen, maar met een goede
tekst. Kan dat? Lennaart Nijgh, een vriend van me, schrijft veel
liedjes. En ik vertaal er zelf veel, van Bob Dylan bijvoorbeeld.
Dan krijg je ervaring voor als je eens zelf wilt schrijven. Ik
film nog altijd
met Lennaart, mijn eerste liedjes (waardoor ik werd ontdekt)
zong ik in een film van
hem. Van m'n nieuwe lp vind ik
'meneer de President'
een oorspronkelijk liedje, het fijnst. Het past bij mijn
privé-pacifisme. (lacht) [...]
[Vraag:] Hoe vind je je nieuwe lp?
[Boudewijn:] Ik vind hem geweldig. Niet erg
bescheiden hè?
[Recensie:] De langspeelplaten van jonge Nederlandse
zangers en zangeressen zijn in het algemeen weinig opzienbarend.
Een uitzondering verscheen deze week; de eerste (!) lp van
Boudewijn de Groot, is wat ons betreft een sensatie. Een serie
prachtig gezongen liedjes, voortreffelijk begeleid door het
orkest van Frans de Kok, met een paar opvallend goede teksten,
waaraan de vele prutsers in dit vak eens een voorbeeld zouden
moeten nemen.
De samenwerking van Boudewijn de Groot met tekstschrijver
Lennaart Nijgh is bekend en zoals op deze lp blijkt terecht.
Geweldige vertalingen van 'A well respected man' en
'The times they are a-changin'
[Er komen andere tijden] en
'The sounds of silence'
[Het geluid van stilte].
Het is fijn om van een jonge artiest eens te kunnen schrijven
dat hij iets erg goed heeft gepresteerd. Wij hopen dat deze
plaat van Boudewijn een groot publiek zal bereiken.
Liedjes als "Elégie Prénatale",
"Strand",
"Sexuele voorlichting" en
"Refrein voor..." verschenen op
Eepee's, evenals nog maar kort geleden het momenteel hoog op de
hitparade staande "Meisje van zestien".
Het zoveelste succes van Boudewijn de Groot, dat
inmiddels al weer is achterhaald door een nieuw plaatje (met oude
ballades) en dat nog deze maand zal worden overtroffen door zijn
eerste L.P. Een plaat die - zo vermoeden we - vanwege de inhoud
van enkele protestsongs die er in gegroefd staan - nogal wat stof
zal doen opwaaien (red.) Maar dat merken we dan wel!
Boudewijn de Groot is nu beroepszanger, die voortsnelt op de
weg naar populariteit en die zich volledig bewust is van zijn
mogelijkheden. Zijn wensen: een goed repertoire, veel werk,
graag radio en bijzonder graag televisie. Wat dit laatste be-
treft, die wens zal spoedig in vervulling gaan. VPRO, KRO en
VARA contracteerden hem reeds voor enkele TV-shows.
In de moderne popmuziek, afdeling folk a la Dylan heeft
Nederland sinds kort een uitblinker. Hij is twintig jaar,
getrouwd en vader van een zoontje. Hij heet Boudewijn de Groot.
Boudewijn de Groot die een paar jaar geleden optrad in het
AVRO-TV programma 'Nieuwe oogst' en debuteerde met het plaatje
'Strand' heeft pas een langspeelplaat
volgezongen, die mij allereerst een hoogtepunt lijkt voor hemzelf,
maar die bovendien nu eens met recht in zou moeten komen voor een
Edison. Deze LP is wat je noemt groot werk en plaatst Boudewijn in
zijn afdeling aan de spits.
Het is prettig te merken, dat in de ten opzichte van Engeland
en Amerika zo onbenullige nederlandse pop-business, waarin
naar mijn mening te veel prutsers en slakken een boterham
verdienen, een jongen als Boudewijn lachend naar boven
komt.
Daaraan is zijn welbekende teamwork met tekstschrijver Lennard
Nijgh niet vreemd. Ook Lennard Nijgh weet wat hij doet al mag
het een beetje vreemd zijn dat zo weinig mensen weten wat hij
kan. Twee liedjes van deze LP, oorspronkelijke liedjes van
Boudewijn en Lennard, zijn erg goed geworden.
'Meneer de president' en
'Vrijgezel' schat ik hoger dan de
overigens voortreffelijke vertalingen van 'A well respected man' en
'The times they are a-changin''.
In de nieuwe levensstijl, die ontstond toen de beat zijn stempel op
Londen (en later op de hele wereld) ging drukken, past het beeld van
Boudewijn de Groot. Hij is intelligent, heeft een goede opleiding
gehad (hbs en later rijksakademie voor filmkunst) en hij heeft veel
kennissen en en vrienden in de gonzende groep van creatieve krachten,
die barsten van probeersels en ideeën. Hij hangt los tegen de
maatschappij
aan, haat oorlog en is overtuigd pacifist zonder veel
van politiek af te weten. Het bekende liedje
'Zomaar een soldaat' zou voor hem
geschreven kunnen zijn.
Het spreekt vanzelf dat Boudewijn de wind in de zeilen heeft
gekregen toen in Amerika Bob Dylan en in Engeland Donovan
grote sterren werden. Hij doet wat kwaliteit betreft niet voor
hen onder, maar in Nederland is de groep van liefhebbers van
deze liedjes natuurlijk kleiner dan in veel grotere landen.
Waarbij nog komt dat het peil van onze volksliedjes sinds de
middeleeuwen is gedaald en nu is aangekomen op 'glaasje op,
laat u rijden' of 'tante Mien mag ik je poesje even zien'
respectievelijk 'dat is het einde'. Wat dat betreft ligt er
voor Boudewijn de Groot een mooie taak.
Zanger-cineast BOUDEWIJN DE GROOT (bijna 22 jaar geleden geboren
in Djakarta. toen nog Batavia) is na een wat aarzelend begin snel
omhoog geschoten in de platenwereld. Hij past bij uitstek in de
internationale nieuwe golf van jongeren-in-de-protesthouding.
De briljante Amerikaan Bob Dylan, stellig de ziel van de
'new wave' en de zich nog ontwikkelende Brit Donovan zijn hier
de bekendste buitenlanders in het genre dat Boudewijn de Groot
met veel allure in onze eigen taal brengt.
De Groot is voor vele Nederlandse jongeren een identificatiepunt
aan het worden. De onderwerpen die hij bezingt zijn reëel,
al dragen de 'protesten' nooit een oplossing van de betrokken
problemen in zich. Het is een krachtig en rauw wijzen op wat de
meeste ouderen ontgaat.
Op zijn eerste Lp (Decca DU 170011) is Dylans
Er komen andere tijden daar een helder
voorbeeld van. Hoeveel de Nederlandse vertaling zeker boeit, is
de Amerikaanse, titel
(The times they are a-changin')
beter, omdat deze de actuele verandering in die tijden (hier en nu)
sterker suggereert.
Onder de twaalf liedjes staan verder naast het van Donovan
bekende Nee meeuw (ik wil je wieken niet, je vrijheid niet, want
heel je hemel liegt). De Groots eigen maaksels als het bijtende
Welterusten mijnheer de president
en Woningnood (van jonge mannen en
jonge vrouwen die improviseren verkiezen boven het in meer dan
één opzicht onnatuurlijk lange wachten).
Boudewijn de Groot heeft niet de gepolijste voordracht van een
Dylan. Wat hij zingt, met goede stem die nergens zoet is, komt
duidelijk over. De begeleiding door het orkest van Frans de
Kok is bijzonder inventief en een sterk pakkend element in
deze opmerkelijke goede LP.
"Nee meeuw, ik wil je wieken niet, je vrijheid niet.... zolang je
hemel liegt" - "Schrik maar niet te erg wanneer u in uw dromen al
die schuldeloze slachtoffers ziet staan ...
mijnheer de president, slaap zácht!!!"
- "Maar het huis moet afgebroken.... er komt een groot kantoor,
nou ja, 't geld gaat altijd vóór". Dat zijn
tekstflarden uit het liedrepertoire van de 21-jarige
Amsterdammer Boudewijn de Groot. Het laatste citaat stamt van
"Woningnood", een protestsong die
regelrecht ook op Boudewijn, zijn vrouw en hun 15 maanden pril
zoontje Marcel van toepassing is.... Dit gezinnetje bewoont een
zolderkamer bij Boudewijns schoonouders.....
En toch, dit is een gelukkig gezin; want Boudewijn, wellicht
de meest talentvolle onder de jonge lichte zangers, heeft
succes.
Z'n evenwichtig-rustige hoewel ergens zeer geladen manier van
zingen besteedt hij uitsluitend aan Nederlandse teksten, en
dat is in deze tijd van Engelse, Duitse en Franse "ziekte" op
zichzelf al iets uitzonderlijks. Meer nog: ruim de helft van
z'n songs heeft hij zelf gecomponeerd, samen met z'n vriend en
tekstschrijver Lennaert Nijgh. [...]
Resultaat tot dusver: zes singles en EP's en (onlangs) een 30
cm LP. Van de kleine plaatjes zijn er tot dusver 15.000 over
de toonbank gegaan, de grote plaat haalde in de eerste twee
weken al 1500. Ook de t.v. kreeg Boudewijn in het vizier - hij
zong al zesmaal op het V.P.R.O.-beeld, het
laatst in februari
van dit jaar. Begin april trad hij op in een
V.A.R.A.-t.v.-programma, in mei is hij via dezelfde omroep
weer in de t.v.-ether.
Boudewijn werd geboren in Batavia (20 mei '44), van 2de tot
20ste jaar eerst in Haarlem en toen in Heemstede gewoond, in
Haarlem 5-jarige h.b.s. afgelopen, toen filmacademie waarvan
in '64 einddiploma en in hetzelfde jaar getrouwd met een
leerlinge van de Scapino ballet-academie. Al in z'n
h.b.s.-jaren werd hij "aangestoken" door de Beatles, tenminste
door hun haardracht - sindsdien loopt hij "in poney".
Het nozemprobleem: "Ik vermoed soms dat de provo's mij 'n kwal
vinden, maar toch kan ik helemaal met ze meevoelen omdat ze zo
klein in aantal zijn, kunnen ze nog geen constructieve
ideeën hebben, ze drukken zich eerder symbolisch uit. De
vernielingen? Die gebeuren alleen maar door de semi-provo's,
de amokmakers die de provo's zo graag willen imiteren.
"Zeker, ik heb het druk, ben m'n eigen manager (een
betaalde manager kan je maken en breken) en heb zo'n 150
avonden per jaar overal te zingen. Alles per trein, autorijden
is gevaarlijk als je vermoeid bent!"
Wat Boudewijn met het geld doet, dat bij met zijn grote
repertoire verdient, merkten miljoenen televisiekijkers naar de
VPRO-uitzending 'Ton d'r op',
want hij stelde maar liefst de hele onbrengst van zijn
langspeelplaat ter beschikking
van de actie. Dat was niet gering, want die plaat was een van de
bestverkochte van het afgelopen jaar.
[Boudewijns] eerste plaat heette 'Strand'.
Zijn best verkochte platen zijn
'Een meisje van zestien' en
'Zo maar een soldaat'. Pas verscheen
Noordzee-Apocalyps -
en zijn eerste langspeelplaat.
Na wat eepee-werk verschijnt in 1965 de tweede single:
Een meisje van zestien met op de
achterkant Zomaar een soldaat, een
vertaling van het Donovan-nummer
The universal soldier. Het wordt
een hit. Reden om na de single Noordzee 'n
elpee te maken, waarop, naast enig vertaald werk van ondermeer
Donovan en Paul Simon, het scherpe
Welterusten, meneer de President
staat, dat tevens op single wordt gezet. Toptien. Vanwege vooral dit
nummer en de soldaat krijgt Bo het etiket "protestzanger" opgeplakt.
Lennaert Nijgh maakte in 1962-1963 aardige smalfilmpjes en hij
liep Ed Lautenschlager tegen het lijf. Het resultaat was dat zowel
Lennaert als Boudewijn naar de filmakademie ging. Eind 1965 kwam de
eerste elpee uit, met nog veel vertalingen van gevestigde buitenlandse
tekstdichters. In die periode werd in ons land het begrip
"protestzanger" uitgevonden. Dat was in de tijd van de eerste
deserteurs uit Vietnam, de geboorte van provo in Amsterdam en de
opleving van de folkmuziek, die toen werd gezien als een
underground-achtig verschijnsel.
Na het verschijnen van de eerste LP van Boudewijn "Apocalyps"
toonde een Amsterdamse boekuitgever grote belangstelling voor
tekstschrijver Lennaert Nijgh. Het gevolg was dat naast de tweede LP
van Boudewijn "Voor de Overlevenden"
een boekje verscheen met dezelfde titel,
waarin alle teksten waren opgenomen. Beide oorspronkelijke
"Cinefielen" waren uitgegroeid, in nauwe samenwerking tussen woord
en muziek, tot een der belangrijkste artistieke teams van die tijd.
Het begon met de debuutsingle 'Strand',
die insloeg als een bom; men herkende Boudewijn's talent, stijl en
voordracht en Lennaert's onmiskenbare vermogen tot het schrijven van
teksten. Dat ging zelfs zo ver dat na het verschijnen van de eerste LP
'Apocalyps' de Amsterdamse uitgeverij Bezige Bij belangstelling toonde en
bij de tweede LP 'Voor de Overlevenden'
een boekje uitbracht, waarin alle teksten waren
opgenomen.
[Boudewijn:] Op mijn eerste elpee staan nog maar een paar
arrangementen, zoals van
"Welterusten, mijnheer de President",
"Apocalyps",
"De dagen zijn geteld". Op
"Voor de overlevenden" pakte Bert
in volle glorie uit en stapte daarmee op een voetstuk waar niemand
hem tot op heden van af heeft kunnen stoten.
[Lennaert:] "Die [Filmacademie] opleiding, destijds
voornamelijk tot werkloze, hebben we nooit in de praktijk kunnen brengen,
omdat het succes van Bo's eerste elpee, waarvoor ik de teksten had
geschreven, ons volkomen verraste. En bij de volgende,
'Voor de Overlevenden', ging het dak
helemaal van het huis. Ik kon het niet geloven: dubbel platina, zoals
het heette, voor een liederencyclus over onbereikbare liefde? Ik had het
al onvoorstelbaar gevonden dat Bo begreep waar ik het over had!"