bron: Ik doe wat ik doe [boek]
transcriptie: Daniël (v2003-04-30)

ANIMA

Ik ben me van mezelf
maar voor een heel klein deel bewust,
alsof ik bij een kampvuur zit
in een heel groot donker bos.
Laat alles wat daar fluistert
in het duister maar met rust,
hier binnen in mijn wildernis,
daar zijn de beesten los.

Soms voel ik: jij bent hier,
je bent een deel van mij,
misschien ben je een vrouw
misschien ben je een dier,
ik hoor je bijna spinnen tegen mij.
Soms denk ik dat ik iemand zie
die in de verte op jou lijkt,
haar oogopslag, haar stem misschien.
Natuurlijk is dat onzin,
want ik heb jou nog nooit gezien.

Jij bent als het water
je glipt me door de vingers,
loopt me lachend uit de hand
jij zit te diep voor mijn gevoel
jij gaat me boven mijn verstand,
en niemand op de wereld
niets of niemand op de wereld
kan mij bevrijden uit jouw hand.
Soms ben je bijna tastbaar,
hang je dagen om me heen,
terwijl ik al mijn aandacht nodig heb voor iets
maar zo gauw ik aan je denk en op je let,
ben je meteen verdwenen in het absolute niets.

Wanneer ik meester denk te zijn,
dan kwek je wazig door me heen,
en logica, dat is voor jou niets waard.
Jij denkt maar aan één ding:
je wilt het doen met iedereen!
Je bent volslagen immoreel,
waarschijnlijk heb je zelfs een staart!

Soms heb ik het gevoel
dat ik je echt zou kunnen zien,
maar jij verwisselt zo vaak je gezicht,
en hoogstens één moment
kan ik jou weerspiegeld zien
in de vrouw die slapend naast me ligt.

Jij bent als het water
je glipt me door mijn vingers
en loopt lachend uit mijn hand
jij zit te diep voor mijn gevoel,
jij gaat me boven mijn verstand,
maar niemand ter wereld,
niemand ter wereld
kan zich ooit bevrijden uit jouw hand.

Zaterdag 30 juni 1990; dinsdag 11 december 1990; zaterdag 16 december 1995


Teksten op internet gezet met toestemming van Lennaert Nijgh.
De copyrights blijven onverkort geldig.
Transcripties kunnen overname-fouten bevatten. Correcties zijn welkom.




Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09
email