- bron: Haarlems Dagblad
- transcriptie: Daniël (v2003-05-16)
Drie naaimachines verder
Bij Albert Heijn staan, bij de groenten of zo, en dan telefonisch
vernemen dat Lennaert Nijgh er niet meer is. En daarna de kranten
lezen. Een stukkie in De Telegraaf. Heel veel stukkies in onze eigen
krant. En má-len. We hebben er nooit over uitgeweid, maar wij
hielden (en houden) van de man. We kwamen hem overal tegen. Bij Kees
Wegkamp natuurlijk, maar ook in De Witte Zwaan, in De Uiver, in de
Snaeffel, in het Wapen van Bakenes, en gewoon op straat. En we wilden
altijd even zoenen. Nijgh heeft twee van onze vriendinnen oprecht bemind
(en zij hem). En wij hadden samen een Anna. Op haar gaan we niet
dieper in, maar zij hield ons van week tot week op de hoogte toen het
slecht ging met zijn moeder en daarna met zijn vader. Van Meneer hield
hij ons, net als u, op de hoogte via zijn column.
Dik twee maanden geleden hebben wij de dichter nog gekust. Gelukkig.
Ruim twee jaar geleden deden wij dat ook. Toen kwam Nijgh naar de ter
ere van hem aangerichte hommage van de 'heren', om
23.45 uur. In de hal van het Amsterdamse theater waar dat
gebeuren plaats had (Nieuwe De la Mar?) rookten wij onze verslavende
sigaret. Hij was op weg naar zijn verslavende Beerenburg. Maar in die
kille hal een tête-à-tête. "Neem jij je mobieltje mee
naar de plee?" En hij, lief als altijd: "Ik heb even mijn ouders
gebeld". Ach. Ja. Ontroering. Nu ook, maar wel privé.
Donderdag 5 december gaan wij Lennaert Nijgh begraven. Al zijn
vriendinnen (of de meeste, dus ook die van ons) zijn daar ook. En tot
dan must the show go on. Dus zijn wij vrijdags na zijn overlijden
'gewoon' in de Kennemer Boekhandel van Rob Luckerhof waar de
recent verschenen historische roman De Mensenkenner van Bies van
Ede (zonder hoed) wordt gepresenteerd. Natuurlijk is Lennaert Nijgh
de talk of the bookshop. Iedereen is min of meer ontdaan, maar
gunt niettemin Van Ede een passende boekpresentatie. Dus wordt er
- en terecht
- gelachen om Midas Dekkers,
die de uiteindelijke presentatie inleidt met de gebruikelijke
Dekkers-bons mots. Bijvoorbeeld: er zijn twee goede redenen om
geen kinderen te krijgen. De eerste is Ponypark Slagharen. De tweede is
Hellendoorn. En: een opa die geen sigaren rookt, verstaat zijn vak
niet... Tussen de inleidingen door hebben we onderonsjes met Hein
Kruijver (over Nijgh en over de Fietsznfabriek
- er is nog hoop) en met Sabine
Wehner (idem). We beloven met onze hand(en) op ons hart (onze
harten) dat we heel binnenkort weer naar de Fiets komen...
En dan is het tijd voor nog een wijntje, voor vluchtige ontmoetingen met
Wim Vogel en met illustratrice Hanneke Lodeweegs en een
wat langere met Erlo Prins. Pas nu
- we kennen de man al jaren
- vernemen we dat hij leraar (of heet
dat docent, these days?) Nederlands is. Aan een Zaandamse school
nog wel waar, zoals we uit ons wufte verleden weten, de ui wordt
uitgesproken als eu -
blieft u eutjes op uw haring? Vanuit onze ooghoeken zien we intussen dat
ook burgemeester Jaap Pop Bies van Ede is komen bewonderen, en
Nuel Gieles.
Dan spoeden wij ons naar huis (beter is: naar een van onze huizen, alsof
wij tegenwoordig in on(t) roerend goed zijn), want daar wacht ons een
etentje met zes (6!) gasten. Het eten hebben wij helemaal zelf bereid
(nooit klaargemaakt schrijven, dat brengt mensen maar op
merkwaardige ideeën) en daar zijn we maar wat trots op, want
(opletten, lezertjes, nu komt het) we gaan zaterdag beginnen met
verhuizen. 's Ochtends om 10 uur (heel erg vroeg) halen wij
een klein soort vrachtwagen op. Dan scheuren (??) we terug
om koffie te zetten voor René van Liemt, Marianne
Rebel, Roy Dijs en Mieke Bakker, die ons helpen
verhuizen. Wij zijn dan nog heftig van plan 's middags naar de opening
te gaan van de tentoonstelling van Willem Snitker himself
in galerie De Bleeker, of, bij gebrek aan parkeerruimte, naar de
Intercult-beleving van Peter Klashorst *) in Arte
Vista in Badhoevedorp. Tijdens die opening schildert Klashorst namelijk
live een aantal portretten. Maar we zijn dan drie naaimachines
verder en geven de moed op. Zondag weer een dag.
Dan beginnen wij - behalve met
een ontbijt - met naaimachine
nummer vier. Onze dag kan niet meer stuk! Tenminste, dat denken we. Want
als we 's middags afgepeigerd op weg zijn naar café Studio, waar
een optreden staat gepland van Bert Heemskerk met zijn
bluesrockgroep Common Bert, regent het katten en honden. In heel Haarlem
(dat wil zeggen op loopafstand**) van de Grote Markt is geen
parkeerplaats te vinden. We bedenken een list. Hoe graag wij Common Bert
ook hadden gehoord, met Nanning van der Hoop, sinds enige tijd
elke zondagmiddag dé publiekstrekker van het Wapen van
Kennemerland, zijn wij meer dan tevreden. En hij met ons, zo blijkt,
zodra wij het etablissement betreden. Alleen jammer dat zijn foto niet
in ons mede aan hem gewijde Drinkgelach stond. We beloven beterschap. We
maken twee foto's. Wanneer we die maandagnamiddag op ons computerscherm
bekijken, geloven we onze ogen niet! Goedlachse Van der Hoop,
die - hopend op onze komst - nog speciaal zijn
baard heeft bijgewerkt, lijkt te zijn beland in een soort vooroorlogse
Londense smog. En die hangt er echt niet, in De Ramp. Integendeel! De
ene jazz-minnende persoon is nog helderder dan de andere: aannemer
Peter Kunst, makelaar Evert-Jan Stoel, oud-notaris Jan
Frenken en in het bijzonder advocaat Henk Vreeman (van het
Amsterdamse advocatenkantoor Spigthoff). En natuurlijk het combo dat
speelt: behalve Nanning van der Hoop bassist Bart Tarenskeen en
pianist Robert Jan Vermeulen. Vanavond begeleiden ze zanger
Louis de Vries, en wat ons betreft: dat mogen ze vaker doen! Toch
houden we het - vroeger dan we
gewend zijn - voor gezien. We
gaan naar een van onze huizen. Nog maar een doos doen of een zak vullen.
*) Ook gelezen dat Peter Klashorst in de politiek is gegaan? Zo mogen
wij het zien. Brengen wij (of hij) het rijke Haarlemse kunstleven op een
idee?
**) Voor u in 't geweer komt: loopafstanden zijn uitermate subjectief.
In het bijzonder die van ons.
Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09 |
|
|