bron: Haarlems Dagblad
transcriptie: Daniël (v2003-05-13)

'Hij had geen plaatsnamen in zijn hoofd, maar cafénamen'

HAARLEM/VERVOLG VOORPAGINA - Duimelijntje' vertelt aarzelend over haar relatie met Lennaert Nijgh: "Het ging tussen ons ook niet op een prettige manier uit, maar nu overheerst het beeld van de eenzaamheid. Hij was de laatste tijd heel erg alleen. Toen ik hoorde dat hij ziek was, dacht ik: Moet ik niet toch niet voor 'm gaan zorgen, weet je wel? Maar hij liet natuurlijk niet voor zich zorgen."
Bams in de Kleine Houtstraat was meer dan twintig jaar geleden de vaste stamkroeg van Nijgh, totdat Kees van Dansik 'm omtoverde in een bistro en er met ijzeren regelmaat grote lappen vlees op de grill ging leggen. Hij vertelt met smaak dat hij geen bijnaam met zich meezeult, omdat Nijgh dat bij hem niet zou durven ('Kreeg hij geen pof meer'). Achter de ruwe bolster spreekt de blanke pit: "Lennaert at hier nog wel van tijd tot tijd een hamburger. Toen zijn moeder nog leefde, belde ze wel op: 'Of ie ook zijn groenten had opgegeten?'"
De Bams is ook goed voor de mooiste grap van het type: 'Ken je die van Lennaert die ging varen? Hij ging niet'. Van Dansik: "Van de vier keer dat ie weg zou gaan, ging het misschien een keer door. De laatste keer dat we spraken, had ie 't erover dat ie niet meer naar Engeland wilde, maar wel naar Tante Marie, de Drom en buitenom naar Bellevue in IJmuiden. Lennaert had geen plaatsnamen in zijn hoofd, maar cafénamen. Hij had geen kennis van geografie, hij was het middelpunt."
"Hij stelde graag dingen uit. Varen was afhankelijk van mooi weer. Het was windkracht 7, 8 en Nijgh wilde binnendoor naar de Zeeuwse wateren en daar afwachten tot het opknapte om naar Engeland te kunnen oversteken. De Jonge Jacob komt voorbij over het Spaarne en wij allemaal zwaaien. Slaat het weer om. Hup!, De Jonge Jacob vaart terug naar IJmuiden. Wij weer allemaal zwaaien. Liggen ze in IJmuiden: windkracht 7. Dat gebeurde vier keer in een week tijd. Ze hebben gelachen!"
Eigenaar Ralf 'Oren' Erkens van Koops wordt besprongen door andere herinneringen dan die van de generatie Martha Misthoorn, Sir Duke, The Divine Sir O., Tos, Antillen Willem of Duimelijntje. Ralf is fan, want van jaargang 1958 - opgegroeid met Boudewijn de Groots volledige repertoire. Hij heeft een zeer rake typering: "Lennaert groeide op met rock 'n' roll, maar had er totaal geen voeling mee. Dat maakte 'm kwetsbaar, want anders."
Ieder koestert zijn eigen herinneringen aan 'Nol'. Fotograaf Frans van Heiningen treurt omdat van Nijghs voornemen spookhuizen op de plaat te zetten niets terecht is gekomen. Op de valreep lopen we Jolanda 'Jiddisje Momma' Prinsen, de maker van een beeldje van Nijghs reusachtige kater Meneer, tegen het lijf. Ze lacht mysterieus: "Ik heb Lennaert op de valreep nog verteld wat dibboek betekent. Dat is een joods bijgeloof: Degene die het dichtst bij je staat, moet jouw levensloop voltooien."


[Tekst bij foto: "'Het ding' (een glaasje Beerenburger) en een 'krantje' markeren Nijghs vaste plek aan de stamtafel in D'Oude Floryn. Foto: United Photos De Boer/Cynthia van Dijke"]




Gegenereerd door DVEGEN 3.2 op 2004-10-09
email