LENNAERT
NIJGH:
ik zie niet
waarom
KUNST
niet
commercieel
kan zijn
Iedereen kent zo langzamerhand Het Sprookje Van Lennaert En
Boudewijn. Wie zich voor Boudewijn de Groot interesseert weet
dat de tekstdichter die bijna Boudewijns hele repertoire
schrijft LENNAERT NIJGH heet. Zo weet ook een groot deel van
ons volk dat Boudewijn is "ontdekt" doordat hij eens
één liedje heeft vertolkt in een
film van diezelfde
Lennaert, die naast tekstdichter ook cineast is. Boudewijn en
Lennaert. Hun namen worden meer dan ooit in één
adem genoemd, nu er een boek, een
langspeelplaat èn een
televisieshow door het
duo is gemaakt, die alle drie de naam "Voor de overlevenden"
dragen. Het komt zelden voor dat een tekstschrijver bekendheid
krijgt. Meestal is de vertolker van een lied de enige die de
massa leert kennen. Omdat Lennaert Nijgh zó'n unieke
figuur op zijn terrein is, wilde ik jullie, door middel van
het volgende interview, kennis met hem laten maken.
Eva jr.: Hoe zie je de plaats van een tekstdichter?
L. N.: Een tekstdichter is afhankelijk van een artiest. Als
hij niet zelf een lied kan brengen, moet hij iemand vinden die
het wel kan. Ik schrijf mijn teksten op iemand. Als ik een
tekst voor Boudewijn maak, heb ik hem steeds in mijn hoofd. Ik
probeer me uit te drukken op een manier die hem ligt, zodat
hij zelf zoveel mogelijk achter de tekst kan staan. Ik kan
niet zo maar in het wilde weg schrijven. Ik wil van te voren
weten wie een lied gaat brengen.
Eva jr.: In hoeverre vind je een tekst belangrijk in een
liedje? Platen met de meest onbenullige teksten worden vaak
enorm verkocht.
L. N.: Dat is gewoon een heel andere afdeling. Daar heb ik
niks mee te maken. Ik ben tekstdichter. Wat Boudewijn brengt
is eigenlijk op muziek gezette poëzie.
Eva jr.: Wat stel je je voor van Boudewijn zonder jouw
teksten?
L. N.: Zonder mij had Boudewijn het gewoon niet gedaan. Dan
was hij cineast geworden of iets anders, maar in elk geval
geen zanger. Ik heb hem echt om moeten praten, want hij zag er
eerst niet veel in. We zijn er eigenlijk voor de grap mee
begonnen. We hadden niet verwacht dat het zo zou
lopen.
Eva jr.: Schrijf je uitsluitend voor Boudewijn? Heb je daar
een dagtaak aan?
L. N.: Ik maak, op enkele nummers na, het hele repertoire van
Boudewijn. Dat is een behoorlijk zware taak. Ik zit soms
maanden aan een langspeelplaat te werken. Dan ga ik weer een
tijdje filmen, want je kan niet een heel jaar schrijven. Dan
raak je volkomen leeg. Ik vertaal soms voor andere artiesten
en ik heb laatst teksten gemaakt voor Adèle
Bloemendaal, en voor een aantal televisieshows van Rob Touber.
Ik zou trouwens best wat meer voor vrouwen willen schrijven.
Vooral voor Liesbeth List.
Eva jr.: Als je inderdaad op "iemand" schrijft zullen je
teksten voor iemand als Liesbeth heel anders zijn dan die voor
Boudewijn.
L. N.: Ja. inderdaad. Boudewijn voelt mijn teksten heel goed
aan. Behalve de erotische. Teksten die betrekking hebben op
liefdesproblemen begrijpt hij niet, omdat hij er zelf nooit
last van heeft gehad. Hij is heel jong en heel gelukkig
getrouwd.
Eva jr.: Zou je die teksten dan niet beter door iemand anders
kunnen laten brengen?
L. N.: Ik ken niemand die dat zou kunnen. Behalve
één man, en die staat erop om alleen zijn eigen
teksten te gebruiken. Ramses Shaffy. Die weet precies wat ik
bedoel. Hij is een ontzettend fellevend mens. En een erg
ongelukkig mens. Boudewijn is veel meer in zichzelf gekeerd
dan Ramses. Ze hebben ook een heel verschillende
presentatie.
Eva jr.: Er wordt hier en daar gemompeld dat
"Voor de overlevenden"
slaat op de overlevenden van een atoomoorlog. Klopt dat?
L. N.: Nee, daar klopt niets van. Het zijn geen biologische
overlevenden. Het is moeilijk uit te leggen. Als je begint,
ben je nog vol illusie's en idealen. Op een gegeven moment
ontdek je dat daar niets van over is gebleven. De mensen
leggen zich erbij neer. Ze worden van die gezapige
uitzichtloze, verstandige mensen, die men volwassen pleegt te
noemen. Maar er is een kleine groep, die zich toch verzet. Die
probeert toch ergens voor te vechten, om iedere keer weer
illusies te hebben. Dat zijn de overlevenden. Daarom is er in
"Voor de Overlevenden" veel
kindertaal. Er is ook een tekst
die ik heb gemaakt met de gedachte in mijn hoofd aan de
schilderijen van Jeroen Bosch. Er staan geen protestsongs
meer in. Boudewijn en ik hebben er een hekel aan dat hij steeds
protestzanger wordt genoemd.
Eva jr.: Dat hebben jullie zelf in de hand gewerkt, door
protestplaten uit te brengen, toen het protest juist in de
mode was.
L. N.: Ja, dat is misschien wel zo, maar zijn liedjes zijn
beslist geen protestsongs. Het zijn meer chansons, of
luisterliederen. zoals ze in België zeggen.
Eva jr.: Het lokt natuurlijk allerlei vergelijkingen uit, als
je net in dezelfde tijd als de protestprofeet Bob Dylan opeens
een beatbegeleiding toe gaat passen . . .
L. N.: Dat was gewoon een grap. Wat ik wil zeggen is te
moeilijk voor beat.
Eva jr.: Vind je Nederlands een hanteerbare taal?
L. N.: Nederlands is een uiterst moeilijke, maar zeer
literaire taal. Je kunt er heel mooie dingen mee doen.
Lennaert kan het weten.
LAURIE